Zorg en Welzijn
Maatschappelijk effect
In programma Zorg & Welzijn willen we bereiken dat mensen zo veel mogelijk zelf de regie over hun leven kunnen voeren en mee kunnen doen in de samenleving. Waar dat kan op eigen kracht, of anders met hulp van mensen uit hun sociale netwerk. Mensen die hiertoe niet (volledig) in staat zijn, vanwege een beperking, (psycho)sociale problemen, of een achterstandssituatie, bieden we ondersteuning om hun zelfregie en participatie te bevorderen. Die ondersteuning is bij voorkeur zo licht en zo dichtbij mogelijk, preventief als het kan, curatief als het nodig is.
Wat doen we
Brede basis welzijn, publieke gezondheid, preventief jeugdbeleid en diversiteit
We zorgen om te beginnen dat er in de stad een brede basis is van laagdrempelige, algemeen toegankelijke voorzieningen voor ontmoeting, ontplooiing, informatie & advies en lichte, preventieve vormen van ondersteuning. Het gaat dan om ons welzijnsaanbod, vrijwillig jeugdwerk, preventief jeugdbeleid e.d. We bieden ruimte aan kleine initiatieven op het gebied van welzijn, vrijwilligerswerk, diversiteit en jeugd.
Deze basis is zo veel mogelijk gebiedsgericht georganiseerd. We willen ermee bereiken dat iedere Nijmegenaar mee kan doen in de samenleving, dat onze voorzieningen voor iedereen toegankelijk zijn en willen we voorkomen dat beginnende problemen escaleren en er daardoor zwaardere zorg of ondersteuning nodig is. We bevorderen de gezondheid van Nijmegenaren op die onderdelen waar de meeste gezondheidswinst te behalen is: met aandacht voor een gezonde leefstijl en minder overgewicht, tegengaan van alcoholgebruik door jongeren en bevorderen van mentale gezondheid via inzet van onder andere gezondheidsmakelaars en beweegmakelaars in de wijken. Daarbij werken we nauw samen met Zorgverzekeraar VGZ o.a. bij beweegprogramma’s voor kinderen en volwassen, samenwerking huisarts/POH GGZ en het Sociaal wijkteam en het programma gezond ouder worden.
We bevorderen de eigen kracht door vrijwilligerswerk te faciliteren en mantelzorgers en zorgvrijwilligers te ondersteunen en te ontlasten. We subsidiëren hiervoor tal van welzijnsorganisaties en -initiatieven, waaronder het Coördinatiepunt Mantelzorgondersteuning en de activiteiten van De Vrijwilligerscentrale.
Om te zorgen dat iedereen kan meedoen, bevorderen we de participatie van inwoners met een andere culturele achtergrond, de maatschappelijke acceptatie van mensen met een andere seksuele geaardheid en zorgen we dat vluchtelingen en asielzoekers snel en adequaat hun weg weten te vinden in Nijmegen. We stimuleren interculturalisatie in organisaties die in onze opdracht werken en bij onszelf, gelijke behandeling en het voorkomen van discriminatie. Asielzoekers die een verblijfsvergunning gekregen hebben bieden we huisvesting en begeleiding. Voor uitgeprocedeerden is er bed, bad en brood.
We bieden informatie en advies ter bevordering van participatie en zelfredzaamheid via de Stips in alle stadsdelen en vele vormen van lichte individuele ondersteuning aan zoals jeugdgezondheidszorg op consultatiebureaus en scholen, algemeen maatschappelijk werk, ouderenadvies, jeugd- en opvoedhulp, observatie & diagnostiek voor jeugd en cliëntondersteuning.
Algemeen als het kan, maatwerk als het nodig is
Mensen die ondersteuning nodig hebben bij hun zelfregie, participatie of bij opvoeden en opgroeien, bieden we waar nodig ondersteuning op maat. Daarbij werken we gekanteld. We onderzoeken altijd eerst wat iemand zelf kan doen om beter de regie over zijn leven te voeren, welke bijdrage zijn sociale netwerk daaraan kan leveren en welke algemeen toegankelijke voorzieningen toereikende ondersteuning bieden en - pas dan - of een maatwerkvoorziening nodig is. Dat noemen we: gewoon doen wat nodig is.
De maatwerkondersteuning die we mensen bieden varieert van huishoudelijke hulp, vervoersvoorzieningen en hulpmiddelen tot maatwerktrajecten begeleiding, dagbesteding, jeugd- en opvoedhulp, opvang voor daklozen en slachtoffers van huiselijk geweld en beschermd wonen GGZ. We bieden ondersteuning zo licht, preventief en dichtbij mogelijk aan en werken volgens het principe één gezin, één plan. Voor de uitvoering en levering van alle maatwerkvoorzieningen hebben we contracten afgesloten met aanbieders.
De toegang tot maatwerkvoorzieningen Wmo en Jeugdwet loopt via de sociale wijkteams, of in complexe multiprobleemsituaties via de Regieteams, het Meldpunt Bijzondere Zorg of het Veiligheidshuis (als er justitiële component is). Wij faciliteren de wijk- en regieteams met onder meer kennis- en professionaliseringsprogramma’s.
Voor jeugdhulp vervullen ook huisartsen (jeugdGGZ), zorgadviesteams op scholen en de kinderrechter (jeugdbescherming en –reclassering) deze functie.
In de contracten voor ambulante begeleiding, jeugdhulp en dagbesteding hebben wij de voorwaarde opgenomen dat deze vormen van hulp zo veel mogelijk gebiedsgericht worden georganiseerd, in breed samengestelde, integraal werkende teams. De bedoeling is dat deze teams in een wijk alle maatwerkondersteuning kunnen aanbieden die mensen nodig hebben en dat zij de wijk en het daar aanwezige vrijwillige en professionele aanbod goed kennen en benutten.
Meer specialistische zorg en ondersteuning zoals residentiële en justitiële jeugdzorg, jeugd GGZ, meldingen van huiselijk geweld en kindermishandeling, opvang voor dak- en thuislozen en slachtoffers van huiselijk geweld en beschermd wonen voor mensen met een ernstige psychiatrische aandoening hebben we niet gebiedsgericht georganiseerd, maar op regionaal niveau ingekocht.
Deze nieuwe structuur en inbedding van de nieuwe taken, de transitie, is gerealiseerd. De projectstructuur die hiervoor was opgebouwd, beëindigen we in 2016. De transitie is regulier geworden. In 2016 ontwikkelen we door: van transitie naar transformatie.
Indicatoren
Indicatoren | Realisatie 2014 | Doel 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 |
---|---|---|---|---|---|---|
Algemeen | ||||||
- Aandeel huishoudens met 1 of meer cliëntrelaties zorg, werk, inkomen, jeugd | 34% | |||||
- Idem onder huishoudens, niet-westers zonder kinderen | 62% | |||||
- Idem met kinderen | 73% | |||||
- Aandeel huishoudens met 5 of meer cliëntrelaties zorg, werk, inkomen, jeugd | 5% | daling | ||||
- Ontwikkeling aantal cliëntrelaties decentralisaties | ||||||
- Waarvan Wmo | ||||||
- Waarvan jeugdwet | ||||||
- Aandeel uitvoeringsplannen sociale wijkteams waarbinnen zelfredzaamheid is toegepast | 10-15% | stijging | ||||
- Aandeel afgeronde uitvoeringsplannen sociale wijkteams dat dat heeft geleid tot verbetering van de zelfredzaamheid | stijging | |||||
- Aantal aanmeldingen lokale toegangspoort | ||||||
- Aantal huishoudens met integrale aanpak | stijging | |||||
- Aandeel huishoudens binnen aanpak sociale wijkteams en regieteams waarop tweedelijnszorg van toepassing is | daling | |||||
- Aandeel inwoners dat zich gezond voelt | 76% | stijging | ||||
- Idem onder lager opgeleiden | 45-67% | stijging | ||||
- Percentage inwoners dat voor zichzelf kan zorgen | 90% | stijging | ||||
- Idem onder inwoners van 75 jaar of ouder | 70% | stijging | ||||
- Percentage inwoners dat zich inzet voor anderen (vrijwiligerswerk, mantelzorg, overige hulp, buurtactiviteiten) | 53% | stijging | ||||
- Waardering sociaal klimaat: schaalscore sociale kwaliteit | 5,9 | stijging | ||||
- Percentage volwassenen met overgewicht | 40% | daling | ||||
- Percentage jeugdigen met overgewicht | 12% | daling | ||||
- Percentage mensen dat zich eenzaam voelt | 8% | daling | ||||
- Idem onder 75-plussers | 43-52% | daling | ||||
- Percentage zelfstandig wonende 75-plussers | 92,2% | stijging |
Toelichting: Vanwege de decentralisaties hebben we veel nieuwe taken en daarbinnen doelen die we willen bereiken, vooral op effectniveau. Op veel onderdelen hebben we nu nog geen meetgegevens. We gaan deze effecten wel onderzoeken en zo de tabel verder vullen en de ontwikkeling volgen en verklaren. De gewenste ontwikkeling hebben we, waar mogelijk in de kolom gezet.
Wat gaan we anders doen
Van transitie naar transformatie
Nu de overkomst van de nieuwe taken achter de rug is en onze gebiedsgerichte structuur voor ondersteuning en participatie staat, zetten we in 2016 de volgende stappen in de transformatie; de meerwaarde die de bedoeling is van deze grote stelselwijziging. In onze visie is dat mensen zo veel mogelijk in hun kracht zetten en betere ondersteuning: dichtbij, lichter en dus meer waar voor minder geld.
In 2016 gaan we daarvoor de basis welzijn versterken. We beëindigen de projectstructuur voor de Stips en sociale wijkteams en werken met de W4 aan een reguliere organisatievorm, die op 1 januari 2017 staat. We realiseren een samenhangend en dekkend aanbod van inloopvoorzieningen en van dagbesteding voor ouderen en implementeren het nieuwe vrijwilligersbeleid, dat erop gericht is om het grote potentieel aan vrijwilligers dat onze stad rijk is, ook zo goed mogelijk tot zijn recht te laten komen. Daarbij hebben we aandacht voor de toegenomen verantwoordelijkheid voor met name de vrijwilligers in de zorg, en onderzoeken hoe we hen kunnen stimuleren en waarderen, bijvoorbeeld via een vrijwilligersvergoeding. De Hobbycentra nemen in het aanbod van laagdrempelige ontmoeting en dagbesteding een belangrijke plek in, met name voor ouderen en mensen met een beperking. Ze hebben in 2015 een bezuiniging van € 50.000 gerealiseerd. Het voorstel is de resterende taakstelling voor 2016 niet door te voeren.
Het samenwerkingsconvenant met VGZ is verlengd t/m 2017. In 2016 werken we met VGZ aan samenwerking rond GGZ-problematiek in de wijk, zorg en ondersteuning voor mensen met dementie en bewust en gezond ouder worden. Ook regionaal hebben wij een samenwerkingstafel met VGZ, bedoeld om goede aansluiting en samenwerking te bevorderen op de snijvlakken van de Wmo, de Zorgverzekeringswet en de Wlz, zoals de inzet van de wijkverpleegkundige en POH GGZ, de persoonlijke verzorging en de spoedzorg. Doel is dat efficiënte en goede zorg voor de burger, dichtbij wordt geleverd en niemand tussen de wal en het schip valt in het nieuwe stelsel.
In de contracten voor dagbesteding vragen we aan aanbieders om dagbesteding op wijkniveau, zo dichtbij mogelijk, aan te bieden. De vervoerskostenvoorziening bouwen we om tot een kortingsabonnement voor reizen met het OV en de stadsregiotaxi, dat we onderbrengen bij de &pas als dat kan. We ontwikkelen een integrale aanpak voor het doelgroepenvervoer, gaan resultaatgericht indiceren voor huishoudelijk hulp en ontwikkelen gemaksdiensten.
Voor jeugd gaan we de lichtere vormen van hulp vormgeven die we als alternatieven zien voor een deel van de zware terreingebonden jeugdzorg, zoals gezinshuizen, aantrekkelijke pleegzorg, versterking van de preventieve en ambulante hulp, doorgaande zorglijnen waarin op- en afschalen mogelijk is en als toch instellingszorg nodig is, deze flexibeler en als het kan korter inzetten.
We bevorderen het cultuursensitief werken in Zorg & Welzijn zodat ondersteuning voor iedereen even goed toegankelijk is en we aan iedereen maatwerk kunnen leveren. In 2016 maken we een nieuwe beleidsnota seksuele diversiteit.
In verband met de grotere toestroom van vluchtelingen, hebben wij een grotere taakstelling in het huisvesten van statushouders. Daarvoor zoeken we naar creatieve oplossingen en alternatieve huisvesting, omdat er meer vraag dan aanbod is van betaalbare huurwoningen.
Ook het zorgvangnet voor mensen met zeer complexe multiproblematiek, daklozen en slachtoffers van huiselijk geweld ontwikkelen we door: met het grotere arsenaal aan zorg en ondersteuning vergroten we de mogelijkheden van de regieteams voor het oplossen van overlast en multiproblematiek in de wijken en van het MBZ voor de meest complexe gevallen. Veilig Thuis ontwikkelt door tot één centraal meldpunt voor alle vormen van huiselijk geweld en kindermishandeling moet leiden tot meer samenhang in de aanpak van huiselijk geweld. Veilig Thuis Gelderland-Zuid werkt volgens het principe: één gezin, één plan, één contactpersoon voor het gezin of huishouden., het zorgvangnet, inclusief de opvang en bemoeizorg heeft korte lijnen naar de lokale structuren voor lichtere zorg en ondersteuning, zodat ook in de ondersteuning aan mensen die (dreigen) uit te vallen lichter en preventiever kan worden gewerkt. Korte en resultaatgerichte opvangtrajecten en langs lijnen van geleidelijkheid werken aan meer zelfstandigheid voor mensen die beschermd wonen. Daarvoor leggen we in 2016 een meerjarig beleidsplan Opvang & Beschermd wonen aan de raad voor.
Voor de transformatie zijn investeringen nodig, zoals we in de zomernota al aankondigden. De kosten gaan nu eenmaal voor de baten uit. We kunnen pas terreingebonden jeugdzorgvoorzieningen afbouwen als we meer gezinshuizen beschikbaar hebben. Als we meer mensen vanuit beschermd wonen zelfstandiger willen laten wonen, zullen we extra moeten investeren in begeleiding. En een dekkend aanbod van gemaksdiensten, dagopvang en activiteiten om de groter wordende groep ouderen zelfstandig te laten blijven wonen en functioneren, vraagt investeringen in welzijnsvoorzieningen, om een paar voorbeelden te noemen. Zoals toegezegd, bieden wij u bij deze begroting onze eerste businesscase aan.
Wat kost het
Zorg en Welzijn | Rekening | Begroot | ||||
---|---|---|---|---|---|---|
Bedragen * 1.000.000 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 |
Financiële lasten per product |
||||||
Diversiteit | 1,5 | 1,6 | 1,5 | 1,5 | 1,5 | 1,5 |
Jeugd | 5,7 | 58,5 | 42,2 | 40,9 | 41,0 | 41,0 |
Maatwerkvoorzieningen | 22,0 | 41,6 | 43,5 | 42,4 | 41,1 | 40,8 |
Opvang en beschermd wonen | 14,3 | 69,9 | 64,4 | 66,4 | 68,1 | 69,1 |
Publieke Gezondheid | 6,2 | 7,0 | 6,9 | 6,8 | 6,4 | 6,4 |
Welzijn | 14,9 | 18,5 | 15,8 | 15,6 | 15,5 | 15,5 |
Totaal lasten programma | 64,5 | 197,1 | 174,3 | 173,5 | 173,5 | 174,4 |
Financiële baten per product |
||||||
Diversiteit | 0,1 | 0,1 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |
Jeugd | 1,3 | 12,7 | 0,1 | 0,1 | 0,1 | 0,1 |
Maatwerkvoorzieningen | 3,0 | 3,3 | 3,1 | 3,6 | 3,0 | 3,0 |
Opvang en beschermd wonen | 1,0 | 4,3 | 3,8 | 3,8 | 3,8 | 3,8 |
Publieke Gezondheid | 0,3 | 0,1 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |
Welzijn | 2,0 | 0,4 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |
Totaal baten programma | 7,7 | 20,9 | 7,1 | 7,5 | 6,9 | 6,9 |
Totaal programma | -56,9 | -176,2 | -167,2 | -166,0 | -166,6 | -167,5 |
Financiële toelichting
Binnen het programma is met ingang van 2015 een wijziging in de productenstructuur doorgevoerd om de nieuwe taken op het gebied van Wmo, Wmo Beschermd wonen en Jeugdhulp een plek te geven en te voldoen aan Rijksvoorschriften ten behoeve van monitoring en verantwoording (IV3). De indeling van het programma in de producten Welzijn, Diversiteit, Publieke Gezondheid, Jeugd, Maatwerkvoorzieningen (voorheen Individuele Voorzieningen) en Opvang en Beschermd wonen (voorheen Maatschappelijke Opvang) blijft gehandhaafd.
Met ingang van 1 januari 2015 zijn gemeenten op grond van de Wmo 2015, de Jeugdwet en de Participatiewet integraal verantwoordelijk voor het sociaal domein. De nieuwe taken van de Wmo en de Jeugdwet vallen onder het programma Zorg en Welzijn. De decentralisaties zijn gepaard gegaan met een overheveling van rijksmiddelen naar de gemeenten.
Voordat we ingaan op de toelichting op baten- en lastenniveau besteden we aandacht aan de nieuwe Integratie-uitkeringen sociaal domein Wmo, Wmo beschermd wonen en Jeugd. Deze nieuwe taken vormen 59% (€ 103,3 mln) van het totale budget (L) van het programma Zorg & Welzijn. Naast de integratie-uitkeringen sociaal domein is voor de bestaande beleidsvelden in 2016 nog een budget beschikbaar van € 71 miljoen (41%). Voor het programma komt het totaal aan beschikbaar budget in 2016 uit op € 174,3 miljoen.
Schematische weergave begroting (L) 2016 Zorg en Welzijn
Integratie-uitkeringen sociaal domein (Wmo, Wmo beschermd wonen en Jeugd)
Met de meicirculaire 2015 heeft het ministerie van BZK de bedragen voor de jaren 2016-2020 bekend gemaakt (zie tabel 1). In 2016 ontvangt Nijmegen € 103,3 miljoen aan integratie -uitkeringen voor het sociaal domein Wmo, Wmo beschermd wonen en Jeugd. Dit is een daling van circa € 7 miljoen ten opzichte van het budget 2015 ten tijde van de septembercirculaire 2014.
Tabel: Overzicht Integratie-uitkeringen Sociaal Domein voor Zorg en Welzijn (bron: meicirculaire 2015)
*€ 1 mln
IU Sociaal domein | 2015 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 |
Wmo | 20,7 | 20,5 | 23,2 | 23,3 | 22,5 | 22,3 |
Wmo beschermd wonen | 48,3 | 45,7 | 43,2 | 45,1 | 46,5 | 47,6 |
Jeugd | 41,2 | 40,4 | 36,9 | 36,0 | 36,1 | 36,1 |
Totaal | 110,3 | 106,6 | 103,3 | 104,4 | 105,1 | 106,0 |
Verschil 2016 ten opzichte van 2015 voor de Integratie-uitkeringen sociaal domein
Het Rijk heeft in het lopende jaar 2015, met de meicirculaire, de budgetten 2015 neerwaarts bijgesteld; deze mutaties zijn nog niet doorgevoerd in de tabel 'Wat kost het', maar worden met de slotwijziging 2015 in de begroting van het programma verwerkt. De verschillen 2016 worden toegelicht ten opzichte van de kolom 2015 (stand septembercirculaire 2014).
Bij de Wmo leidt de invoering van het objectief verdeelmodel tot een stijging van het budget met € 2,5 miljoen. Het budget voor Wmo Beschermd wonen is voor 2016 fors verlaagd. Door een 'vernieuwde' herverdeling van het macrobudget is het oorspronkelijke budget voor centrumgemeente Nijmegen gekort met € 5,1 miljoen. Ook het budget voor jeugdhulp daalt in 2016 met € 4,3 miljoen. In belangrijke mate hangt deze daling samen met de bekende oplopende rijkstaakstelling (6% in 2016) en met de invoering van het objectief verdeelmodel.
Afwijkingen lasten op programmaniveau
Ten opzichte van 2015 nemen de lasten van het programma in 2016 af met € 22,8 miljoen. Deze daling van de lasten wordt deels veroorzaakt door de korting van € 9,4 miljoen die het rijk heeft doorgevoerd op de decentralisatiebudgetten Jeugd en Wmo Beschermd wonen.
Ook de keuze voor een éénjarige regionale subsidiëring voor jeugdhulp draagt bij aan de daling van de lasten in 2016. Omdat de subsidieafspraak voor één jaar geldt is de bijdrage van de regiogemeenten alleen voor het jaar 2015 geraamd; hierdoor dalen de begrote lasten in 2016 met € 11,3 miljoen. Voor 2016 moeten we deze afspraken nog maken.
Door de afloop van rijks- en provinciale middelen voor tijdelijke projecten (bijvoorbeeld: EIF project en Regionale Sociale Agenda) nemen de lasten met € 2,2 miljoen af. Daarnaast vervallen de door de Raad tijdelijk beschikbaar gestelde middelen voor de opbouw van de sociale wijkteams.
Naast de genoemde oorzaken van de daling van de lasten heeft de Raad daarentegen met het coalitieakkoord 2014‐2018 extra middelen beschikbaar gesteld om de financiële druk op enkele producten/beleidsvelden te verminderen.
Het lastenniveau daalt in 2017 verder met nog eens € 0,8 miljoen. In 2019 zien we weer een lichte stijging van € 0,9 miljoen. Vanaf 2019 is een lastenniveau begroot van € 174,4 miljoen.
Afwijkingen baten op programmaniveau
Ten opzichte van 2015 nemen de baten van het programma in 2016 af met € 13,8 miljoen. Deze afname heeft
voor een bedrag van € 11,3 miljoen te maken met de éénjarige afspraak om de bijdrage van regiogemeenten voor subsidies aan jeugdzorg instellingen aan de begroting toe te voegen. Voor 2016 moet deze afspraak nog gemaakt worden.
Daarnaast wordt de afname voor een bedrag van € 2,2 miljoen veroorzaakt door de afloop van externe rijks- en provinciale middelen, zoals de RSA projecten 'Steen met Steun' en 'Jeugd, actief en kansrijk' en het EIF‐project van het Europees Integratie Fonds. Tenslotte wordt de daling van de baten voor een bedrag van € 0,3 miljoen veroorzaakt door een daling van de geraamde eigen bijdragen voor de huishoudelijke hulp in 2016. Met de slotwijziging 2015 wordt de mutatie 2015 nog in de begroting van het programma verwerkt.
Vanaf 2018 laten de begrote baten een stabiel beeld zien van € 6,9 miljoen.